Wandeling Parijs
Deze wandeling voert door het 5e en 6e arrondissement van Parijs, beter bekend als Quartier Latin en St.-Germain. We beginnen in St.-Germain, de buurt van de antiquairs, trendy winkels en de oude literaire cafés. Vanuit de gezellige drukte komen we in een oase van rust in het prachtige Jardin de Luxembourg. Van daaruit gaan we via mooie kerken naar de Latijnse buurt, nu het domein van de studenten. Uiteindelijk lopen we door oude middeleeuwse straatjes waar de vele internationale restaurantjes ons uitnodigend aankijken. De wandeling start en eindigt bij een metrostation, is ca. 5 km en is gemakkelijk te lopen in 2 tot 3 uur. Onderweg zijn er voldoende plekjes in parken en terrasjes om even de benen te strekken.
Start bij metrostation Saint-Germain-des-Prés (Lijn 4). |
1. Eglise St.-Germain des Prés
Een mooiere locatie om de wandeling te beginnen kunnen we niet bedenken. Hier bij de oudste kerk en het oudste nog overgebleven (stukje) gebouw van Parijs. De geschiedenis gaat terug tot de Merovingers. Childebert sticht hier in 558 een klooster om er de uit Spanje afkomstige relikwieën van St.-Vincent te bewaren. De toevoeging van ‘des Prés’ (weiland) is omdat het buiten de stad (in het weiland) lag. De kerk heeft het zwaar te verduren gehad ten tijde van de Noormannen. Het werd in 40 jaar tijd maar liefst 4 keer verwoest. Tijdens de Revolutie diende het als salpeterraffinaderij. Veel van bouw uit de 6e eeuw is er niet meer over, maar van de kloostertuin is nog een gedeelte bespaard gebleven. De klokkentoren, het enige nog uit de 10e eeuw, is één van oudsten van Frankrijk.
Loop de Boulevard Saint-Germain in. |
We lopen door één van de bekendste straten van Parijs. De Boulevard Saint-Germain is vaak bezongen en beschreven en dat heeft alles te maken met de kunstenaars die hier in de jaren ´70 van de vorige eeuw neerstreken. Onder andere Jean-Paul Sartre, Simone de Beauvoir, Juliette Greco, waren stamgasten van legendarische cafés zoals Café de Flore, Brasserie Lipp en Les Deux Magots. De laatste jaren heeft het culturele aspect moeten wijken voor het commerciële. Modeontwerpers zoals Giorgio Armani, Christian Dior en Louis Vuitton hebben hier hun winkels en boetieks.
Doorlopen (ca 500 meter) tot nr.130, waar je aan de overkant het standbeeld van Danton ziet staan. |
2. Cour de Commerce St.-André
Precies tegenover het standbeeld van Danton en metro Odeon, is de toegangspoort van een legendarische plek in Parijs. Maar eerst even terugkomen op het standbeeld van Danton. Hier stond vroeger het kantoor van één der bedenkers van de Revolutie. Danton was advocaat en zijn praktijk stond precies op de plek waar nu het standbeeld staat. Samen met Robespierre, Desmoulins en Marat stippelde hij de eerste lijnen uit van de Franse Revolutie.
Cour de Commerce St.-André
Als we oneerbiedig met ons achterwerk naar Danton gaan staan en kijken naar de overkant, zien we de poort van de Cour de Commerce St.-André. Als we hier binnengaan vinden we rechts op nr. 8 het huis waar vroeger de drukkerij van Jean-Paul Marat was. Hier rolde het verboden revolutieblad l’Ami du Peuple, dat vol stond met scheldkanonnades, van de pers. Het fanatisme en de meedogenloosheid van deze Marat beangstigde veel mensen. Eén van die mensen was de royaliste Charlotte Corday. Ze zocht Marat op in zijn huis, trof hem aan in bad en stak hem met een mes in de borst. Marat lag veel in bad vanwege een huidziekte. Tijdens de rechtszaak die volgde op de moord verklaarde zij: "Ik heb één man omgebracht, maar zeker 100.000 gered". Vier dagen na de moord op Marat werd zij onthoofd onder de guillotine. En laat die guillotine nu ook hier zijn geschiedenis hebben.
Aan de rechterkant (even zoeken) is een binnenhofje met links de vroegere woning van Dr. Joseph-Ignace Guillotin. Hij ‘verbeterde’ op deze plek een eerder uitgevonden valbijl, die als doel had het gemakkelijk en snel doden van schapen. Tijdens de revolutie zullen in Parijs ongeveer 40.000 mensen sterven onder deze guillotine.
Hier tegenover staat al eeuwen Café Le Procope, het oudste cafe van Parijs. In 1686 opende Francesco Procopio dei Coltell uit Palermo, hier een koffiehuis nabij een oude Jeu de Boulesbaan. De Italiaan verkocht ook de eerste ijsjes in Parijs, een nieuwigheid die aan het hof in Versailles zeer geliefd was. Toen vlakbij enkele jaren later het prestigieuze Académie Française zijn deuren opende werd het een druk bezocht theatercafe. Het heeft trots een aantal prenten van beroemde bezoekers in zijn etalage uitgestald. Enkele van de vele bekende stamgasten waren Balzac, Victor Hugo, Napoleon, Robespierre, Desmoulins, Danton, Marat, etc. Wat zullen hier een interessante én geheime gesprekken hebben plaatsgevonden! De mooiste verhalen gaan rond over dit oude koffiehuis. Zo zou Napoleon ooit zijn hoed hebben achtergelaten als onderpand voor een onbetaalde rekening. De hoed hangt ‘als bewijs’ ingelijst aan de muur, tja...
Trouwens, Danton, Desmoulins en Robespierre zijn alledrie onder de guillotine terechtgekomen, die moordmachine die tijdens hun gesprekjes aan de overkant van hun stamkroeg is geperfectioneerd. Hadden ze toch nooit kunnen bedenken? We kunnen dus met recht zeggen dat we hier, in dit kleine straatje, door de wieg van de Revolutie lopen. Wat een plek!
Loop de Cour St.-André uit tot onder de poort, Linksaf Rue St.-André des Arts, 1e rechts Rue Dauphine, Na 150 meter links, Passage Dauphine, ter hoogte van nr. 30. |
Een oude overdekte passage met vijgenbomen. Er is een mooi plekje voor een rustpauze, l’Heure Gourmande. TIP; heerlijk chocoladegebak. Reserveren in het weekend is wel handig.
De passage uitlopen, en rechtsaf Rue Mazarin. |
Rue Mazarin, op nr. 30 staat het Hôtel des Pompes, in feite de eerste brandweerkazerne van Parijs. Lodewijk XIV gaf dertig waterpompen aan de stad waarover François Dumouriez de Périer, befaamd vanwege zijn vaderschap van 32 kinderen, de leiding kreeg.
Bij de buren op nr. 28 hebben ze ook een bekende bewoner gehad. In 1822 was het François Champillion die hier het hiërogliefenschrift ontcijferde met behulp van de Steen van Rosetta.
Aan het eind van de straat zie je de vergulde koepel van Bibliothèque Mazarine
Klein stukje terug en rechtsaf Rue Jacques Callot inlopen, Aan het eind linksaf Rue de Seine, Steek de Boulevard St.-Germain over en vervolg Rue de Seine voor ca 150 meter, Rechtsaf Rue Saint-Sulpice, 1e straat rechts, Rue Mabillon, 1e straat links, Rue Guisarde, Aan het eind de Rue Canettes. |
Rechts zie je één van de oudste bierbrouwerijen van Parijs, O'Neill. Kijk even naar binnen.
Linksaf de Rue Canettes. |
3. St.-Sulpice
In 1646 werd de eerste steen gelegd op de plek waar eerder een Tempel stond gewijd aan de godin Isis. De zuidtoren, uit de 18e eeuw, is nooit afgemaakt. Tijdens de Franse Revolutie onderging Saint-Sulpice hetzelfde lot als zoveel andere kerken en werd het een overwinningstempel. In november 1799 kwam Napoleon terug van zijn Egyptische veldtochten en hij liet zich dan ook in deze kerk lauweren. Zeer het bezichtigen waard zijn de Mariakapel, de Delacroix fresco’s en het grootste orgel van Frankrijk met maar liefst 6588 orgelpijpen.
De kerk werd bij het grote publiek vooral bekend geworden doordat ze werd genoemd in de bestseller van Dan Brown, de Da Vinci Code. Door de kerk loopt de Lina Rosa, de oude meridiaan van Parijs, er staat in de kerk een obelisk wat ongebruikelijk is voor een kerkinterieur, het was vroeger de Tempel van Isis, dus genoeg ingrediënten....
Loop voor de kerk langs naar de Rue Férau, Loop de Rue Férau uit tot de Rue de Vaugirard, Steek de Rue de Vaugirard over, iets rechts aan de overkant is de ingang Jardin de Luxembourg. |
4. Jardin Luxembourg - Palais Luxembourg
Palais Luxembourg
Het was Maria’de Medici, die besloot in 1612, na de moord op haar man Hendrik IV, dit bestaande Hôtel om te bouwen tot paleis, omgeven door een prachtige tuin. Als van oorsprong Italiaanse wilde ze graag terug naar haar Toscaanse geboortegrond, maar om politieke redenen was daar niet de mogelijkheid voor. Volgens zeggen deed haar oude woning, het Louvre, haar teveel denken aan haar man met z’n talloze maîtresses. Het Hôtel en de enorme hoeveelheid grond werd, na aangekocht te zijn van Hertog van Luxembourg, omgedoopt tot Palais de Medici, maar na een fikse ruzie met haar zoon, Lodewijk XIII, werd Maria verbannen naar Keulen waar ze als een eenzame vrouw zal sterven in 1642.
De tuin heeft maar liefst een oppervlakte van 23 ha. en is een lust voor mensen die gek zijn op beeldhouwwerken en fonteinen. De beroemdste fontein is de Fontaine de Medicis, een barokke fontein ontworpen in 1624. Het bevindt zich aan het einde van een kleine lommerrijke vijver aan de noordoostelijke zijde van het park.
Ten tijde van de Revolutie werd het paleis van de koninklijke familie ontnomen en werd het ingericht als staatsgevangenis. Later zal Napoleon hier het Senaat vestigen. In de 2e wereldoorlog was het paleis het onderkomen van de Luftwaffe. Ze hadden wel een goede smaak die Duitsers, het Ritz was van de Gestapo en het Hôtel Crillon was bezet door de Wehrmacht.
Meer info over Jardin du Luxembourg
Loop naar de fontein richting het theehuis, verlaat het park aan de oostkant, Klein stukje links, bij de rotonde rechts de Rue de Soufflot inlopen, Ca. 300 meter verderop zie je hem al staan. het Panthéon. |
5. Panthéon
Op de Mons Lutetius, zoals deze plek vroeger heette, stond al vanaf het jaar 507 een basiliek. Clovis, de eerste Merovingische koning der Franken, had deze basiliek laten bouwen als tombe voor hem en zijn vrouw Clothilde. In 512 werd hier de beschermheilige van de stad Parijs begraven, St.-Geneviève. Later werd de heilige overgebracht naar de abdij naast de St.-Etienne-du-Mont, waar ze bleef tot aan de Revolutie.
Dit majestueuze kerkgebouw is een uiting van dankbaarheid (en belofte om Geneviève een waardige plaats te geven) geweest van Lodewijk XV, na zijn herstel van een zware ziekte. In 1757 begon architect Jacques-Germain de Soufflot en gaf er de vorm aan van een Grieks kruis met een 83 meter hoge koepel, steunend op een zuilengalerij. De uitvoering van het werk had nogal wat voeten in de aarde. Geldgebrek, verzakkende funderingen en scheurende muren vertraagden de bouw én versnelde het levenseinde van Soufflet. Als het dan eindelijk klaar is in 1791 is er weer een probleem, we zitten dan midden in de Revolutie. Het werd meteen tot ‘Tempel van de Faam’ omgedoopt.
Vele grote namen vinden hier hun laatste rustplaats; Soufflet zelf, Voltaire, Victor Hugo, Rousseau, Emile Zola, Braille en de verzetsstrijder Jean Moulin. Aan het plafond van het Panthéon hangt de ‘Slinger van Foucault’, dat in 1851 aantoonde dat de wereld rond zijn as draait. Het gebouw is een bezoek meer dan waard.
Meer informatie over het Panthéon
Loop rechtsom het Panthéon, Linksaf Rue Clotilde, Rechts in de hoek de St.-Etienne-du-Mont. |
6. St. Etienne-du-Mont
De kerk, die werd gebouwd tussen 1492 en 1626, is typisch een samenraapsel van verschillende bouwstijlen. De voorkant, met de drie erg verschillende gevelstukken boven elkaar, laat een vreemde fusie van gotiek, klassiek en renaissance zien. Ook het interieur is zeer bijzonder. Wat het meeste opvalt in de kerk is wel de koorgalerij. Deze staat als enige in Parijs niet in verbinding met het schip van de kerk en is te bereiken via twee prachtige wenteltrappen. Het barokorgel en het houtsnijwerk van de preekstoel zijn schitterend.
In de kerk wordt ook een relikwie van Geneviève bewaard, een fragment van haar doodskist. Toen Attila de Hun tegen Parijs optrok, bezwoer Geneviève om het gevaar af te wenden met boete en gebed. De Hunnen veranderden hun plannen. Ook voorzag ze de Parijzenaren tijdens een hongersnood van voedsel. Een andere legende vermeldt dat ze haar moeder Gerontia van blindheid genas door haar ogen te bevochtigen met gezegend water. Geneviève is sindsdien patroonheilige van Parijs en lag tot aan de Revolutie hiernaast in de abdij begraven.
Loop nu aan de andere kant van het Panthéon terug via de Rue Cujas, Na ca. 350 meter, echtsaf Rue de la Sorbonne, Linksaf de Rue Canettes. |
Ga er maar eens rustig bij zitten, bijv. op de rand van de fonteinen, hier in het hart van Quartier Latin.
7. Sorbonne
Sedert het jaar 700 is de buurt rondom de Sorbonne ‘ingenomen’ door de studenten. De Sorbonne is de oudste universiteit van Europa en gaf de cursussen oorspronkelijk in het Latijn. In 1253 werd de Sorbonne, gesticht door Robert de Sorbonne, een zelfstandig college voor onbemiddelde priesters die theologie wilden studeren. De oude gebouwen werden gesloopt met uitzondering van de kapel van Richelieu. Richelieu ligt hier begraven omdat hij veel heeft betekend voor de universiteit en hij werd in 1622 verkozen tot president van La Sorbonne. Enkele beroemde studenten van de Sorbonne waren; Thomas van Aquino, Petrus van Tarentaise (de latere paus Innocentius V), Honoré de Balzac, Victor Hugo, St. Ignatius of Loyola, Luther, Calvijn, Marie Curie en Erasmus. De huidige gebouwen dateren van eind 19e eeuw.
De koepel van de Sorbonne, het kruis van de kapel is van ver te zien.
De buurt, Quartier Latin, heeft aan deze instelling eigenlijk z’n naam te danken. De vele studenten die hier al eeuwen rondlopen hadden als voertaal Latijns, iets wat trouwens met de Revolutie werd afgeschaft. Nog steeds hebben de studenten een grote invloed op deze buurt, kijk maar naar de talloze cafe’s en de vele internationale eetgelegenheden.
Vervolg de Rue de la Sorbonne, Steek de Rue des Ecoles over naar Place Paul Painlevé. |
Kijk nog even over je schouder naar de prachtige gevel van de Sorbonne Universiteit.
8. Hôtel Cluny
Op deze plaats bevonden zich in het begin van de 3e eeuw de Romeinse baden (links zijn de ruïnes te zien). Rond 1330 kocht de abt van Cluny-en-Bourgogne de ruïnes en het omliggend terrein om er een Hôtel te bouwen. Het gebouw zoals we het nu kennen is van tussen 1485 en 1500. De Jakobsschelpen die we op het gebouw aantreffen verwijzen naar de bedevaartsweg naar Santiago de Compostela waarvan ook één van de oudste straten van Parijs, de nabijgelegen Rue Saint-Jacques deel uitmaakt.
Een interessante bewoonster was Mary Tudor, de zuster van Hendrik VIII van Engeland. Ze was pas drie maanden met Lodewijk XII getrouwd toen hij stierf. Lodewijk was reeds twee keer eerder getrouwd geweest en had twee dochters, maar geen zoon en dus geen troonopvolger. Hij was trouwens al in de vijftig, zij pas zestien jaar jong. Frans I, getrouwd met één van z’n dochters en dus troonopvolger, was bang dat deze jonge koningin zwanger was van Lodewijk. Als ze wel een zoon ter wereld zou brengen zou die de rechtmatige troonopvolger worden en hij weer een simpele edelman. Geheel onverwachts bracht hij Mary een bezoek en trof haar aan in het gezelschap van de Engelse edelman, de hertog van Suffolk. De sluwe Frans vertelde overal dat de twee een verhouding hadden en dwong hen te trouwen. Mary en haar nieuwe man werden direct teruggestuurd naar Engeland en Frans I bleef op deze manier de koning van Frankrijk. Zo deed je dat vroeger...
In 1833 kwam de kunstverzamelaar Alexandre du Sommerard met zijn collectie er wonen. Bij diens dood in 1842 kocht de Franse Staat het gebouw en de verzameling. Het museum opende in 1844. Als de poort open is moet je even een kijkje nemen op de binnenplaats.
Rechtsaf Rue du Sommerard in lopen, 2e links, Rue Saint-Jacques, Op het kruispunt schuinrechts oversteken naar Rue Dante, Doorlopen tot links het parkje Square René Viviani, loop deze in. |
9. St.-Julien-le-Pauvre
Dit kleine bijzonder fraai gelegen kerkje, met een mooi uitzicht op de Notre Dame, heeft een geheel eigen karakter en is de oudste kerk van Parijs in zijn oorspronkelijke staat. Genoemd Julianus de Biechtvader, de middeleeuwse bisschop van Le Mans, die ook bekend stond als ‘de Arme’ (pauvre), dit omdat hij zo vrijgevig was dat hij zelf in armoede leefde. In de 9e eeuw werd het verwoest door de Vikingen. Het huidige gebouw werd tussen 1165 en 1220 in dezelfde periode als de Notre Dame opgetrokken door de monniken van Longpont, een klooster enkele kilometers buiten Parijs. De hoogleraren van de Sorbonne Universiteit hielden hier vanaf de 13e eeuw hun bijeenkomsten, onder meer voor de benoeming van de rector magnificus. Dit tot dat in 1524 studenten zo’n tumult maakten en het meubilair zo ernstig beschadigden dat voortaan alle universitaire activiteiten werden verboden. Ten tijde van de Revolutie was het een zoutopslagplaats, maar gelukkig werd het in 1826 weer als kerk in gebruik genomen. Er worden heden ten dage veel klassieke concerten gegeven.
Voor de kerk in het parkje, Square René Viviani, staat de oudste boom van Parijs. Deze robinia, gepland in 1602 door de botanicus Jean Robin, is gemakkelijk te herkennen aan de stut die nodig is om hem overeind te houden.
Ook oud is de basreliëf uit de 14e eeuw, de oudste van Parijs, die hier altijd aan de gevel heeft gezeten. De basreliëf is nu te vinden aan de gevel op Rue Galande 42. Deze basreliëf is verbonden aan een oude legende over de naamgever van de kerk. Het gaat als volgt. De jeugdige edelman Julian komt tijdens de jacht een sprekend hert tegen die hem voorspelt dat hij zijn eigen vader en moeder zal doden. Julian wil dit alles op alles voorkomen en vertrekt naar het buitenland, ver weg bij zijn ouders. Hij stelt zich in dienst van een prins, verwerft een kasteel en huwt de burchtvrouw. De ouders van Julian, ontroostbaar, blijven jarenlang zoeken en vinden uiteindelijk zijn kasteel. Julian is afwezig en zoals een goede gastvrouw behoort te zijn geeft de vrouw van Julian de gasten de beste kamer van het kasteel, hun eigen slaapkamer. Julian komt thuis en vind twee mensen in zijn bed. Denkende dat zijn vrouw daar ligt met een vreemde man steekt hij ze in blinde woede allebei dood. Overmant door verdriet en wanhopig, verkoopt al zijn wereldlijke goederen en sticht hier aan de Seinekade een hospitaal voor leprapatiënten. Als hij op een dag een vermeende leprapatiënt met zijn boot de Seine overzet, blijkt dat Jezus Christus te zijn, die hem al zijn zonden vergeeft. Deze legende is de basis voor de basreliëf én voor het stadswapen van Parijs.
Met je gezicht naar de Seine ga links de Rue Bûcherie. |
Shakespeare and Company op nr. 37 is een beroemde boekhandel.
Steek de Rue du Petit Pont over en aan de overkant de Rue de la Huchette inlopen. |
Aan de rechterkant zie je het smalste straatje van Parijs, Rue du Chat-qui-Pêche. Voor een eventuele maaltijd heb je genoeg keuze in Rue de la Huchette.
Doorlopen tot aan de Boulevard St.-Michel. |
10. Place St.-Michel
Op Place St.-Michel staat een prachtige fontein, ontworpen door Gabriel Davioud in 1860. Op deze plek zou eerst een standbeeld van Napoleon Bonaparte komen, maar uiteindelijk koos men voor de aartsengel Michaël.
Schuin achter je bevind zich één van de mooiste terrasjes in Parijs, Le Depart Saint Michel. Hier eindigt de wandelroute, bij metro Saint-Michel (lijn nr. 4).
Over de auteur
Deze stadswandeling is samengesteld door Chris Vedder. Toen hij Parijs als 16 jarige jongen voor het eerst bezocht, was hij meteen verkocht. Sindsdien is Chris vaak in de stad te vinden. Van al zijn ervaringen heeft hij een prachtige website gemaakt met de toepasselijke naam parijsmijnstad.nl. De website staat vol interessante informatie over Parijs en wordt aangevuld door mooie grote foto's. Naast weetjes over de geschiedenis, de vele bezienswaardigheden, anekdotes, arrondissementen, vorsten en vreemde personages vind je op deze website nog meer leuke wandelingen door Parijs.
Auteur: Chris Vedder
Foto's: Chris Vedder
Eindredactie: Thomas Elshout
Tips? Stuur een e-mail naar stadswandeling@youropi.com
© Youropi.com 2012 - Niets van deze pagina's mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Youropi Media BV te 's-Hertogenbosch.
Bekijk ook de stadswandelingen in andere steden!
download gratis city guideYouropi.com deals